Naar inhoud springen

Mogelijk vertrek Finland uit eurozone

Uit Wikinieuws
Jutta Urpilainen

6 juli 2012 

Volgens de Finse minister van Financiën, Jutta Urpilainen, 'stapt Finland liever uit de euro dan dat het opdraait voor het betalen van schulden van andere landen'. Urpilainen stelt in de Finse zakenkrant Kauppalehti (en) dat 'Finland een toegewijd lid is van de eurozone'. Urpilainen stelt verder: 'We denken dat de euro belangrijk is, maar we houden niet ten koste van alles vast aan de euro en we zijn op alle scenario's voorbereid.'

Volgens Urpilainen zal Finland niet akkoord gaan met een verregaande integratie van de EU en een bankenunie. 'Collectieve verantwoordelijkheid voor elkaars schulden, economie en risico's, dat is niet waar we naartoe moeten', stelt de minister. Nederland en Finland behoren beide tot de weinige landen met een AAA-beoordeling van kredietbeoordelaars. Dit betekent dat het land gezien wordt als weinig risicovol om geld aan uit te lenen. Daardoor betalen deze landen een lage rente op staatsleningen. Een verdere politieke en economische integratie zou ertoe kunnen leiden dat Finland een hogere rente moet gaan betalen.

Urpilainen zei verder tegen de krant dat Finland een harde lijn blijft volgen bij de vraag of er meer noodkredieten aan eurolanden moeten worden verstrekt. De minister benadrukt dat ze constructief zijn en de crisis willen oplossen, 'maar niet tegen elke prijs'. De harde lijn van de Finnen uitte zich de afgelopen maanden in onder meer de eis dat Finland onderpand krijgt in ruil voor deelname aan steunoperaties voor de Griekse economie en de Spaanse bankensector.

De Finnen gaven afgelopen week aan niet akkoord te willen gaan met het plan om het Europese noodfonds in staat te stellen om obligaties van eurolanden op te kopen. De maatregel die bedoeld is om de leenkosten van Spanje en Italië te kunnen onderdrukken, werd eind vorige week overeengekomen tijdens de nachtelijke eurotop in Brussel. Bij deze eurotop werd onder meer overeengekomen dat het tijdelijke noodfonds EFSF, dat rust op de kredietwaardigheid van de sterkere eurolanden en de permanente opvolger ESM de mogelijkheid krijgen om direct staatsobligaties op te kopen van zwakke eurolanden zoals Spanje en Italië.

Bronnen

[bewerken]